Vandaag geef ik het woord aan een dame die het Den Haag van mijn jeugd goed kent en die haar schat aan herinneringen in een serie impressies graag aan de lezers wil offreren.
Haagse herinneringen (1)
Nadat mijn vader uit Indië terugkwam en een tijdelijk onderkomen bij zijn ouders in de Bankastraat kreeg, vond hij een“flat” op De Plaats.
Wie het Den Haag van de jaren 50 – 60 kent weet dat daar toen gewoon verkeer langs reed en dat je in het midden van De Plaats je auto kon parkeren. Er waren winkels zoals Caminada, de grammofoonplatenzaak, van Kempen en Begeer, de juwelier op de hoek, Elizabeth Arden, een Indisch restaurant (1), waarvoor je na de voordeur eerst de trap naar boven op moest voor je er aan tafeltjes kon gaan zitten. En er was IBM waar je door de grote ramen nog grotere computers kon zien staan. En naast de IBM was nummer 13.
De voordeur van nummer 13 was nietszeggend, maar eenmaal binnen werd je verrast door het enorme trappenhuis. Het leek daar binnen op een groot huis uit de een of andere Wild West-film. Een statige trap, die in een ovale wending naar etages leidde, waar zich links en rechts deuren bevonden als je boven kwam. Je kon zo vanaf de balustrades naar de lege ruimte beneden kijken. Het was er donker en stil. Je zou eigenlijk ieder moment een butler verwachten, die met een dienblad uit een van de deuren zou komen. Maar nee, dat gebeurde geen enkele keer toen ik daar naar boven liep.
Op de bovenste en ik meen derde etage was een deur naar de flat van mijn vader. Het was een wonderlijke flat met bochtende muren. Misschien moet ik eens het kadaster raadplegen om te zien uit welke periode deze gebouwen dateren. Er waren twee kamers, een keukentje en een badkamer met wc. Gelukkig was er een groot raam in de zitkamer, waardoor veel licht naar binnen kwam en waardoor je een riant uitzicht op de stad richting Passage had.
Mijn vader woonde daar knus en opgeborgen. Mijn zusje en ik kwamen er af en toe en dan deden we de schoonmaak, want daar had hij geen kaas van gegeten. Pa was een rustige man, die of las, of puzzelde of over het schaakbord gebogen zat. En soms ging hij uit om te biljarten. Veel conversatie had ik niet met hem, maar hij genoot op zijn manier van mijn aanwezigheid.
Beneden hem woonde zijn landlady. Het was een oud dametje en ik meen niet al te goed ter been. Mijn vader deed dan wel eens wat boodschappen voor haar. Ik heb haar nooit ontmoet, tenminste niet dat ik me dat herinner. Maar vader kon het dus best met dit mensje vinden. Ze kende niet veel mensen, had geen of nauwelijks familie. Op een dag overleed zij en ik weet niet hoe het is gekomen, maar mijn vader zou naar haar begrafenis gaan. Mijn zusje en ik besloten hem daarbij te steunen en ook omdat we wisten dat er niemand anders zou komen.
Wat een akelige bedoening dat was! We waren met vader meegereden naar het kerkhof en daar kwam dan de auto met het dametje in haar kist. Ineens kwamen er nog twee mensen, een dame en heer, die zich voorstelden als familie, zij was de een of andere nicht. En daar stonden we dan bij het graf met zijn 5-en en 2 begrafenismannen waarvan een nog enkele woorden sprak. Mijn zusje had een bosje lelietjes van dalen in haar hand, maar wist niet goed wat het juiste moment was om die op de kist te leggen. De 2 begrafenismannen lieten de kist langzaam zakken. Ik heb toen nog snel het bosje bloemen van mijn zusje overgenomen en op de kist “gemikt” en gelukkig kwam dat mooi op het midden terecht. Er waren geen bloemen, geen toespraken, niets. Alleen een paar zwijgende mensen en dat ene bosje lelietjes van dalen dat samen met de kist en het dametje de eeuwigheid in ging. Wat een raar idee allemaal, de lelietjes van dalen, nog fris en heerlijk ruikend onder de aarde bedolven.
Toen het voorbij was vroeg de nicht of wij nog mee wilden om een kopje koffie te gaan drinken. Nou, daar hadden we juist erge trek in. We hebben toen nog gedurende dat kopje koffie een beetje over het dametje gesproken waarna we ieder weer onze eigen weg kozen.
Het oude huis, waar de flat van mijn vader ook toebehoorde, werd verkocht door de erfgenamen. Wie die ook hebben mogen zijn. Mijn vader vond wel weer een andere plaats. Maar vandaag ben ik toch wel benieuwd wat er nu in dat huis zit. Een of ander kantoor misschien? Of zou er werkelijk weer iemand wonen?
1. Was het Indisch restaurant Kota Radja